Situation sécuritaire au centre du pays

Nederlands

Dit document is een gedeeltelijke update van de COI Focus Mali – veiligheidssituatie van 10 februari 2017. Dit document gaat namelijk alleen maar over de veiligheidssituatie in de twee regio’s in het centrum van het land, Segou en Mopti, en behandelt de periode van 1 januari tot 31 juli 2017. De research voor deze update werd op 2 augustus 2017 afgesloten.

Vanaf 2015 werden de tot dan toe stabiele regio’s Segou en Mopti onveilig. De geraadpleegde bronnen brengen dit in verband met het feit dat islamistische groepen, die werden verdreven uit het noorden van het land na de militaire operaties van 2013, zich geleidelijk in het centrum vestigden.

In februari 2017 aanvaardde de Malinese regering een beveiligingsplan voor de regio’s Segou en Mopti en de MINUSMA herevalueerde haar strategie om de burgers te beschermen. Eind april 2017 werd de noodtoestand verlengd met zes maanden tot 31 oktober 2017. In juni 2017 keurde de Veiligheidsraad de opstelling van antiterreurtroepen in de Sahel goed. De staatshoofden van Burkina Faso, Niger en Mali beslisten bovendien een gemengde multinationale troepenmacht op te richten om hun gemeenschappelijke grenzen tegen de activiteiten van gewelddadige extremistische groepen te beveiligen.

De onveiligheidsactoren in het centrum van het land zijn voornamelijk het Front de libération du Macina (FLM), ook wel Katibat Macina genoemd, en de Groupe de soutien à l’islam et aux musulmans (GSI), twee jihadistische groepen die banden hebben met AQMI en Ansar Dine. In de regio zijn ook zelfverdedigingsgroepen van de Bambara en de Peul aanwezig die werden opgericht om hun land en kuddes te verdedigen.

Het Malinese leger bestaat uit 13.000 man. De MINUSMA bestaat uit meer dan 13.000 militairen en ongeveer 2.000 politieagenten. De VN-troepenmacht voorzag in de opstelling van een snelle interventie-eenheid van honderden bijkomende blauwhelmen in Sevaré (regio Mopti). De Franse Opération Barkhane telt 4.000 militairen.

De periode die dit rapport behandelt, werd in het centrum van Mali gekenmerkt door asymmetrische aanvallen door islamistische groepen tegen de internationale troepen en de Malinese verdedigings- en veiligheidstroepen. Leden van de islamistische groepen intimideerden de burgers, eisten de toetreding tot een strenge ideologie en dwongen schoolhoofden, scholen te sluiten. Vertegenwoordigers van de centrale macht werden vermoord door mannen die ervan werden verdacht, islamist te zijn. De periode werd ook gekenmerkt door spanningen tussen de gemeenschappen en geweld tussen leden van de Peul, de Bambara en de Dogon over de toegang tot land en water. De onveiligheid vloeide ook voort uit frequente criminele activiteiten in de regio. Ten slotte documenteerde HRW mensenrechtenschendingen door de veiligheidstroepen tijdens antiterreuroperaties.

Volgens de geraadpleegde bronnen worden de plaats Nampala en de Niono-cercle (regio Segou), de plaats Sevaré en haar omgeving alsook de Ténenkou-, Djenné-, Bankass- en Douentza-cercle (regio Mopti) gekenmerkt door onveiligheid en geweld.

De VN melden een stijging van het aantal ontheemden en vluchtelingen in Burkina Faso, Mauritanië en Niger.

De onveiligheid belemmerde de inzet van ambtenaren in het centrum van het land. Samen met de druk van radicale groepen leidde ze tot de sluiting van scholen, voornamelijk in de regio Mopti.

Beleid

Het beleid dat de commissaris-generaal voert, is gestoeld op een grondige analyse van nauwkeurige en actuele informatie over de algemene situatie in het land van oorsprong. Die informatie wordt op professionele manier verzameld uit verschillende objectieve bronnen, waaronder het EASO, het UNHCR, relevante internationale mensenrechtenorganisaties, niet-gouvernementele organisaties, vakliteratuur en berichtgeving in de media. Bij het bepalen van zijn beleid baseert de commissaris-generaal zich derhalve niet alleen op de op deze website gepubliceerde COI Focussen opgesteld door Cedoca, dewelke slechts één aspect van de algemene situatie in het land van herkomst behandelen.

Uit het gegeven dat een COI Focus gedateerd zou zijn, kan bijgevolg niet worden afgeleid dat het beleid dat de commissaris-generaal voert niet langer actueel zou zijn.

 

Bij het beoordelen van een asielaanvraag houdt de commissaris-generaal niet alleen rekening met de feitelijke situatie zoals zij zich voordoet in het land van oorsprong op het ogenblik van zijn beslissing, maar ook met de individuele situatie en persoonlijke omstandigheden van de asielzoeker. Elke asielaanvraag wordt individueel onderzocht. Een asielzoeker moet op een voldoende concrete manier aantonen dat hij een gegronde vrees voor vervolging of een persoonlijk risico op ernstige schade loopt. Hij kan dus niet louter verwijzen naar de algemene omstandigheden in zijn land, maar moet ook concrete, geloofwaardige en op zijn persoon betrokken feiten aanbrengen.

Voor dit land is geen beleidsnota beschikbaar op de website.

Land: 
Mali

Informatie over de asielprocedure op maat van de asielzoeker, vindt u op : asyluminbelgium.be.