Dit onderzoek buigt zich over de specifieke situatie van seksuele minderheden en transgenders in Colombia. Cedoca gebruikt in deze COI Focus de term seksuele minderheden en transgenders steeds in zijn geheel om de situatie voor deze groep personen te beschrijven. Indien er verschillende situaties worden vastgesteld voor enerzijds seksuele minderheden of anderzijds transgenders geeft Cedoca dit steeds duidelijk aan. Daar waar de bron zelf de term LGBT os LGBTIQ (lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen, transgender intersekse en queer) gebruikt, neemt Cedoca de terminologie van de bron consequent over. Deze COI Focus is een update van de gelijknamige COI Focus van 19 oktober 2020 en behandelt de periode tot januari 2023. Het onderzoek werd afgesloten op 13 februari 2023.
Colombia kende het afgelopen decennium een aantal belangrijke verwezenlijkingen wat betreft de toekenning van rechten en beschermingsmaatregelen aan seksuele minderheden en transgenders, via wetgeving en vonnissen, voornamelijk van het Grondwettelijk Hof. Deze verwezenlijkingen plaatsen Colombia bij de progressiefste landen in Latijns-Amerika, wat betreft wetgeving ten aanzien van gender en seksuele minderheden. Ook het vredesakkoord dat de autoriteiten in december 2016 ondertekenden met de FARC-EP bevat enkele passages die zich expliciet richten op gender. Deze aparte focus op vrouwen en seksuele minderheden maakte dit akkoord tot een van de inclusiefste vredesovereenkomsten ter wereld.
Ook naar beschermingsmogelijkheden toe werden verschillende maatregelen genomen die zich expliciet richten op seksuele minderheden en transgenders, zoals bijvoorbeeld de oprichting van het het Nationaal Bureau voor Dringende Zaken, MCU. Maar de verschillende geraadpleegde bronnen tonen eveneens aan dat de beschermingsmechanismen onvoldoende werken om geweld en discriminatie te voorkomen. Bovendien gaat het geweld tegen seksuele minderheden en transgenders gepaard met een hoge mate van straffeloosheid. Volgens de ngo Colombia Diversa verdubbelde het aantal moorden van 107 in 2019 naar 226 in 2020. Voor het jaar 2021 tekende de organisatie 205 moorden op. Homoseksuele mannen en transvrouwen waren de voornaamste slachtoffers. Colombia Diversa wijst er evenwel op dat men niet kan uitsluiten dat de toename van geweldsdelicten eveneens beïnvloed werd door een verbeterde of verhoogde rapportering van dergelijke misdrijven.
Wat betreft het risico om te worden geconfronteerd met geweld en intimidatie bestaan er wel grote verschillen tussen het behoren tot een seksuele minderheid in Bogotá of andere grote steden en kleinere steden of het platteland. Voor de periode 2021-2022 valt vooral in het departement Antioquia, waaronder in de stad Medellín, een stijging van het aantal moorden op LGBT-personen op. Ook de Caraïbische regio in Colombia, die over het algemeen wat traditioneler is, kent hogere geweldcijfers ten aanzien van seksuele minderheden en transgenders. Bovendien blijkt uit de bronnen dat personen die van Afrikaanse origine zijn en behoren tot de LGBT-gemeenschap het risico lopen om dubbel te worden gediscrimineerd. Daarnaast is het zo dat de illegale gewapende groeperingen en criminele organisaties seksueel geweld blijven gebruiken als middel tot intimidatie en als instrument voor territoriale en sociale controle. Dit geweld is ook gericht op de seksuele minderheden en transgenders, zoals blijkt uit de verschillende bronnen. Volgens de ngo Colombia Diversa lopen LGBT-personen die wonen in regio's getroffen door het gewapende conflict, een groter risico op geweld dan LGBT-personen in andere delen van Colombia. Zij die zich hierbij actief inzetten voor de mensenrechten in hun woongebied lopen door hun activisme als sociale leider bovendien een extra risico. In juni 2022 presenteerde de Waarheidscommissie het eindrapport over het gewapende conflict in het land. Dit rapport concludeerde dat LGBTIQ-mensen onevenredig vaak het doelwit waren van de gewapende groeperingen en dat hun rechten in verschillende mate werden geschonden tijdens het gewapend conflict. Het Register van Slachtoffers heeft 4.971 zelfbenoemde LGBTIQ-personen geregistreerd als slachtoffer van het gewapende conflict, voornamelijk in de departementen Antioquia, Nariño, Bolívar, Valle del Cauca en Chocó. Het is het eerste rapport ter wereld waarbij een Waarheidscommissie expliciet een hoofdstuk wijdt aan de vervolging van de LGBTIQ-gemeenschap tijdens een gewapende conflict.
Beleid
Het beleid dat de commissaris-generaal voert, is gestoeld op een grondige analyse van nauwkeurige en actuele informatie over de algemene situatie in het land van oorsprong. Die informatie wordt op professionele manier verzameld uit verschillende objectieve bronnen, waaronder het EUAA, het UNHCR, relevante internationale mensenrechtenorganisaties, niet-gouvernementele organisaties, vakliteratuur en berichtgeving in de media. Bij het bepalen van zijn beleid baseert de commissaris-generaal zich derhalve niet alleen op de op deze website gepubliceerde COI Focussen opgesteld door Cedoca, dewelke slechts één aspect van de algemene situatie in het land van herkomst behandelen.
Uit het gegeven dat een COI Focus gedateerd zou zijn, kan bijgevolg niet worden afgeleid dat het beleid dat de commissaris-generaal voert niet langer actueel zou zijn.
Bij het beoordelen van een asielaanvraag houdt de commissaris-generaal niet alleen rekening met de feitelijke situatie zoals zij zich voordoet in het land van oorsprong op het ogenblik van zijn beslissing, maar ook met de individuele situatie en persoonlijke omstandigheden van de asielzoeker. Elke asielaanvraag wordt individueel onderzocht. Een asielzoeker moet op een voldoende concrete manier aantonen dat hij een gegronde vrees voor vervolging of een persoonlijk risico op ernstige schade loopt. Hij kan dus niet louter verwijzen naar de algemene omstandigheden in zijn land, maar moet ook concrete, geloofwaardige en op zijn persoon betrokken feiten aanbrengen.
Voor dit land is geen beleidsnota beschikbaar op de website.