Toelichting bij Asielstatistieken januari 2016
Evolutie
- De DVZ registreerde in januari 2016 2.842 personen als asielzoeker in België. Elke persoon (ook kinderen) wordt als een asielzoeker geteld.
- Dit is ongeveer de helft van het maandelijks gemiddeld aantal personen (5.885) dat in de piekperiode augustus – december 2015 een asielaanvraag indiende. Het aantal geregistreerde asielzoekers in januari 2016 ligt wel nog steeds hoger dan het aantal een jaar geleden (1.717 personen in januari 2015).
- De daling is hoofdzakelijk te wijten aan een sterke vermindering van het aantal geregistreerde asielzoekers uit Afghanistan (van 2.176 personen in december 2015 naar 803). Ook het aantal asielzoekers uit Syrië (van 1.076 personen naar 527) en Irak (van 494 personen naar 233) halveerde.
- Het aantal asielaanvragen is de afgelopen weken niet alleen in België teruggelopen. Eenzelfde tendens is vast te stellen in andere Europese landen. Vooral in de Scandinavische landen is de daling opvallend. In andere lidstaten zoals Duitsland blijft het aantal asielzoekers echter zeer hoog.
- Het is te vroeg om conclusies te trekken uit deze evolutie. Gezien de internationale situatie bestaat de kans dat het aantal asielzoekers terug gaat toenemen. 2015 kende het hoogst aantal asielzoekers in België - 35.476 dossiers ofwel 44.760 personen - sinds het recordjaar 2000 (41.982 dossiers).
Mannen – vrouwen – kinderen
- In januari 2016 dienden meer personen van het mannelijk geslacht (inclusief kinderen) een asielaanvraag in in België dan personen van het vrouwelijk geslacht. De verhouding is 70,8% ten opzichte van 29,2%
- 51,7% is een volwassen man
- 19,4% is een volwassen vrouw
- 9,3% is een niet-begeleide minderjarige jongen
- 0,9% is een niet-begeleide minderjarig meisje
- 9,9% is een minderjarige jongen begeleid door (een) ouder(s)
- 8,9% is een minderjarig meisje begeleid door (een) ouders(s)
- In januari 2016 vroegen 288 (zelfverklaarde) minderjarige kinderen en jongeren, niet begeleid door een ouder(s), asiel aan in België. Dit betekent een daling van 64,2% ten opzichte van het aantal in december 2015. Toen dienden 804 (zelfverklaarde) niet-begeleide minderjarige vreemdelingen een asielaanvraag in België.
Herkomstlanden
- De overgrote meerderheid van wie in België asiel aanvroeg in januari 2016 is afkomstig uit oorlogsgebied: 28,3 % is Afghaan, 18,5 % Syriër en 8,2 % Irakees.
- Verder in de top 5 maakten in januari 2016 herkomstlanden Iran en Onbepaald (hoofdzakelijk Palestijnen) respectievelijk 4,3% en 3,5 % uit van het totaal aantal asielzoekers.
- Een andere tendens, nl. dat meer migranten afkomstig uit Noord-Afrika (Marokko, Tunesië, Algerije, …) in Europa een asielaanvraag indienen, is momenteel niet waarneembaar in België.
Beslissingen
- Het CGVS nam in januari 2016 1.557 beslissingen. Deze beslissingen hebben betrekking op 1.896 personen.
- In januari 2016 is het aandeel personen aan wie het CGVS de vluchtelingenstatus (51 %) of de subsidiaire beschermingsstatus (13,9 %) verleent ten opzichte van het totaal aantal personen dat een eindbeslissing ontving 64,9 %. Het gaat om 946 beslissingen voor 1.167 personen. Het zet hiermee de tendens van 2015 verder: in 6 op 10 van de genomen beslissingen kende het CGVS vorig jaar een asielstatus toe.
Achterstand
- De totale werklast van het CGVS is het aantal dossiers waarin het CGVS nog geen beslissing nam. Eind januari 2016 bedroeg de totale werklast 13.655 dossiers (of 17.153 personen). De werklast verdubbelde in 2015 van 5.565 asieldossiers tot 11.305 dossiers en groeit verder aan. Het CGVS beschouwt 4.500 dossiers als een normale werkvoorraad. 9.155 asieldossiers maken dus de reële achterstand uit.
- Men moet er rekening mee houden dat de werklast verder zal toenemen. Er blijft bijgevolg nood aan bijkomende versterking om de achterstand weg te werken en om de huidige instroom van asielzoekers te beheersen.
- Ondanks het opdrijven van het aantal beslissingen en de terugval van het aantal nieuwe aanvragen zijn er weinig EU-landen die er in slagen om meer dossiers af te sluiten dan er nieuwe asielaanvragen worden geregistreerd. Hierdoor loopt de achterstand in vrijwel alle EU+ landen maand na maand verder op.